Sanderijn Cels on Thu, 25 Oct 2001 14:53:01 +0200 (CEST) |
[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]
[Nettime-nl] kabinetonline: 'Nota' |
Kabinetonline: 'Nota' Hieronder de samenvatting; de hele Nota is vanaf as maandag op www.kabinetonline.nl te krijgen (PDF file). De bijeenkomst is helaas niet online te volgen. Groet, Sanderijn Cels Samenvatting Eerste Nota Virtuele Ordening Blauwdruk voor een open samenleving Kabinetonline Het kabinetonline was een virtueel kabinet van jonge denkers. We hielden ons als 'online ministers' van najaar 2000 tot najaar 2001 als vrijwilligers bezig met vragen over de overheid en informatiesamenleving. Initiatiefnemer van het project was Infodrome, een instituut onder verantwoordelijkheid van staatssecretaris van OC&W Rick van der Ploeg. Onze opdracht was: frisse beleidsinitiatieven bedenken. Visie Nota De publieke ruimte is ruimte van iedereen. Tegenwoordig is die op een bijzondere manier gescheiden: in een fysiek en een virtueel gedeelte. In beide ruimtes bestaan voorzieningen die bepalend zijn voor maatschappelijke processen. In de fysieke ruimte zijn voorzieningen aanwezig zoals parken en wegen voor ontspanning en vervoer. In de virtuele ruimte bestaan ICT-voorzieningen zoals kabels voor internetaansluiting, zoekmachines voor het vinden van informatie op internet, sites met formulieren en software om die te downloaden. Voor de fysieke publieke ruimte zijn er allerlei regels en bestemmingsplannen opgesteld die democratisch verantwoord zijn vastgesteld. Wat we doen, hoe we leven is daar immers afhankelijk van. De virtuele publieke ruimte is daarentegen grotendeels in handen van private partijen die de condities voor gebruikers vaststellen zonder dat daarbij het algemeen belang of democratische waarden worden afgewogen. Het maatschappelijk middenveld organiseert zich steeds vaker met behulp van ICT en is dus steeds afhankelijker van de ICT-voorzieningen in de virtuele publieke ruimte. Wij vinden het daarom hoog tijd worden dat de overheid hier aandacht aan besteedt. We hebben een voorstelling gemaakt van een publieke virtuele ruimte met ICT-voorzieningen die toegankelijk zijn voor iedereen. In de publieke ruimte moeten volgens ons voorzieningen beschikbaar zijn die mensen en organisaties goed in staat stellen om uit eigen beweging en op eigen wijze initiatieven te ontplooien. Iedereen kan daar naar eigen goeddunken mee aan de slag. Deze voorzieningen zijn: - basisinfrastructuur om data te verzenden en om websites en andere ICT-toepassingen te maken en te gebruiken (zoals gratis software) - gedigitaliseerde informatie om te (her)gebruiken (zoals televisie-uitzendingen van de publieke omroepen) - fondsen en expertise om ruimte te scheppen voor maatschappelijke projecten (zoals geld voor kleine projecten met een publiek belang) In de publieke ruimte moeten ook voorzieningen bestaan die bestaande maatschappelijke processen ondersteunen. Dit zijn: - openbare, kant en klare ICT-voorzieningen die maatschappelijk nut hebben (zoals bibliotheken en zoekmachines online) Deze Eerste Nota Virtuele Ordening is bedoeld als blauwdruk voor de invulling van de publieke virtuele ruimte. We hebben er een naam aan verbonden: de open samenleving. Dit is een samenleving waarin de hierboven genoemde voorzieningen in de publieke ruimte beschikbaar zijn. De overheid speelt een belangrijke rol in het tot stand brengen van deze open samenleving. We zijn ver genoeg met de informatiesamenleving om onderhand te beseffen dat die er onder invloed van vrije marktwerking niet komt. Daarom doen we een aantal praktische beleidsideeën aan de hand. Belangrijke Punten (visie) 1. De overheid moet haar aandacht richten op zowel het fysieke als het virtuele deel van de publieke ruimte omdat in beide voorzieningen bestaan die bepalend zijn voor maatschappelijke processen (zoals bibliotheken off- en online). Wat offline geldt, moet hier ook online gelden. 2. Het maatschappelijk middenveld organiseert zich steeds vaker met behulp van ICT; de samenleving is afhankelijk van ICT-voorzieningen (voor onder andere zelforganisatie en het vinden van informatie). Die moeten toegankelijk en betaalbaar zijn voor iedereen. 3. Op dit moment veronderstelt de overheid dat marktpartijen en de gebruikers van ICT-voorzieningen er samen wel uitkomen, terwijl er talloze voorbeelden zijn waaruit blijkt dat dit niet het geval is. Voorzieningen zijn niet beschikbaar of duur, en de veiligheid en de continuďteit ervan worden door de wisselende marktpartijen niet gegarandeerd (breedbandverbindingen, software met gebruikslicenties). 4. De overheid moet een pro-actieve, samenhangende visie op ICT ontwikkelen en zich inzetten voor een minimum aanbod van ICT-voorzieningen in de publieke virtuele ruimte. 5. Deze voorzieningen bestaan uit hard- en software, informatie, fondsen, expertise en ruimte om maatschappelijke initiatieven te faciliteren en aan te moedigen – alles wat nodig is voor het middenveld om zelf aan de slag te kunnen gaan. (‘empowerment’) 6. Daarnaast moet de overheid deskundig toezicht houden op de totstandkoming van ICT-voorzieningen waarvan zij zelf opdrachtgever is: het belang van de gebruikers uit de samenleving moet al bij het ontwerpen van de voorzieningen worden meegewogen. Belangrijke Punten (deel van de plannen) 1. De overheid moet zorgen voor een nieuwe constructie voor het beheren van persoonsgegevens. Dit moet niet gebeuren door middel van een digitale kluis. Iedere burger moet een eigen unieke sleutel (digitaal paspoort) krijgen waarmee hij zijn gegevens kan ontsluiten. Deze gegevens zijn in verschillende databases opgeslagen zodat er niet snel onwenselijke koppelingen kunnen worden gemaakt. Burgers kunnen zelf bepalen aan wie ze wat prijsgeven (medische gegevens voor de dokter, consumentengegevens voor de winkel online, enzovoort). 2. De overheid moet alle informatie die zij zelf heeft geproduceerd of waarvan zij opdrachtgever is, ontsluiten voor hergebruik. Dit geldt ook voor de televisie-uitzendingen van de publieke omroepen – die zijn immers met gemeenschapsgeld gefinancierd. 3. De overheid moet leveranciers van producten verplichten informatie te geven op de verpakking van het product over de manier waarop dit tot stand is gekomen (bijvoorbeeld over voedsel en energie). Dat kan eenvoudig met behulp van ICT. Dit stimuleert bewust koopgedrag. 4. De overheid moet zorgen voor een fonds voor het ontwikkelen van software voor maatschappelijke (sociale, culturele) doeleinden. Deze software wordt door een centrale mediatheek voor iedereen gratis beschikbaar gesteld. (Een deel van het aanbod gaat via een ‘open source’ systeem). 5. De overheid moet een deel van het budget voor ontwikkelingssamenwerking besteden in eigen land. Ze moet een marktplaats op internet financieren waar informatie en kennis uit Nederland (zoals over gezondheidszorg, technologie, wetgeving) toegankelijk wordt gemaakt voor burgers, organisaties, bedrijven en overheden in ontwikkelingslanden. Bovendien moet de overheid investeren in toegang tot internet in deze landen, zodat men daar de marktplaats op internet kan gebruiken. _________________________________________________________________ Get your FREE download of MSN Explorer at http://explorer.msn.com/intl.asp ______________________________________________________ * Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet * toegestaan zonder toestemming. <nettime-nl> is een * open en ongemodereerde mailinglist over net-kritiek. * Meer info, archief & anderstalige edities: * http://www.nettime.org/. * Contact: Menno Grootveld (rabotnik@xs4all.nl).